Als je werkt aan een videoproductie of een voice-over opneemt, krijg je een hele reeks aan audiotermen op je afgevuurd. MP3 en WAV kan je makkelijk uitleggen, maar termen als 16 of 24 bit audio, 44.1 of 48 kHz? Om de keuze en geluid makkelijker in te stellen heeft onze Chief of Sound alles voor je op een rijtje gezet. Kom maar door, Gijs!
Hoeveel bit?
Als je audio wegschrijft in een videobestand, moet je kiezen hoeveel bit dit moet zijn. Bit zegt iets over het verschil tussen het hardste en het zachtste geluid. Het zachtste geluid is vaak de ruis die de opnameapparatuur zelf maakt, de ‘ruisvloer’. Als je kiest voor 24 bit audio, heb je een groter dynamisch bereik dan bij 16 bit audio en heb je minder snel last van de ruisvloer. Het geeft je ook meer ruimte voordat het audiosignaal overstuurt. En vooral om die reden is 24 bit audio aan te raden. Zodat je minder kans hebt dat je opname vervormt.
Nu hoor ik je denken: 24 bit? 16 bit? Is dat nog wel belangrijk als ik mijn video op Youtube zet en het door hen toch al gecomprimeerd wordt? Daar kom ik later in dit blog op terug.
44.1, 48 of 96 kHz?
Nog zoiets vaags. Deze cijfers vertellen hoe vaak de geluidsgolf per seconde geregistreerd wordt. Nog steeds vaag? Het is te vergelijken met film. Daar worden bijvoorbeeld 24 losse foto’s (frames) per seconde opgenomen. Als je al deze foto’s snel achter elkaar laat zien, komt het beeld tot leven. Hoe meer foto’s je per seconde laat zien, hoe vloeiender de video wordt.
Bij digitale audio werkt dat net zo. Daar wordt ook op vaste momenten de geluidsgolf vastgelegd. Alleen in dit geval heet het de samplefrequentie. Bij audio gebeurt het vastleggen alleen iets vaker dan bij video, bijvoorbeeld 48.000 keer per seconde, oftewel 48kHz.
Voor radio en tv gebruiken we veelal 48 kHz. Waarom? Dat is ooit zo afgesproken. Eigenlijk niet meer dan dat. En online? Daar zijn nooit afspraken voor gemaakt. Mijn advies: doe online waar je zin in hebt, maar ga nooit lager dan 44.1 kHz. Daaronder ga je duidelijk kwaliteitsverschil horen.
Mono of stereo?
Makkie zou je zeggen. Toch krijg ik daar vragen over. Over het algemeen wordt geluid met één microfoon opgenomen. Bijvoorbeeld voice-overs, elektrische gitaren en de meeste sound effects. In mono dus. We trekken pas meerdere microfoons uit de kast als er drumstellen, pianovleugels of hele orkesten aan te pas komen. Stereo voegt dan ook echt iets toe aan de beleving, je krijgt van beide kanten een ander geluid.
Wanneer is iets nu mono en wanneer stereo? Heel simpel gezegd moet er op het linkerkanaal iets anders gebeuren dan op het rechterkanaal. Maar iets als stereo opslaan, betekent nog niet direct dat het ook echt stereo klinkt.
Zo worden er met regelmaat concertregistraties op YouTube gezet, waarbij men is vergeten het linkerkanaal op links te pannen en rechts op rechts. Uit beide speakers komt dan hetzelfde geluid. Dan heb je dus mono-geluid als resultaat.
Je kan mono trouwens wel een ‘stereo-gevoel’ geven. Stel dat je een mono voice-over opname hebt. Kopieer deze opname naar een tweede track, en zet de panning van de ene track naar links en de andere naar rechts. Nu klinkt het nog steeds mono, want er is geen verschil tussen links en rechts. Maar als je nu een van de twee tracks een paar milliseconden verschuift, is er opeens wel een verschil, en klinkt de voice-over ruimtelijker. Handig als je een bepaalde zin extra accent wil meegeven.
Dit zijn de vier meestgebruikte audioformaten
Je kan audio in verschillende formaten opslaan, net als dat je tekst als .doc of als .txt kunt bewaren.
WAV en AIFF
WAV is een standaard van Microsoft en IBM uit 1991. AIFF (ook wel AIF) is de concurrent van WAV, en werd 3 jaar eerder door Apple geïntroduceerd. WAV en AIFF zijn op alle devices af te spelen, of je nu een iPhone hebt, een Windows-computer of een Mac.
Wat beide bestanden nu zo bruikbaar maakt is dat ze ‘ruw’ zijn. Er is geen informatie uit de audio geschrapt. En dat is wat we willen als we werken in hoge audio kwaliteit. Het is dan ook geen verrassing dat beide formaten professioneel gebruikt worden en door de grote hoeveelheid informatie relatief veel ruimte in beslag nemen.
MP3 en AAC
MP3 is geïntroduceerd in 1993 door professor Karlheinz Brandenburg en collega’s. Bij MP3 opnemen, werd er informatie uit het geluid weggehaald dat voor ons vrijwel onhoorbaar zou zijn, om MP3-bestanden minder ruimte te laten innemen. Door deze datareductie wordt het bestand kleiner, wat online grote voordelen biedt en er bijvoorbeeld voor zorgt dat je meer songs op je telefoon kan opslaan. Daarbij lever je natuurlijk wel in op kwaliteit.
Vier jaar later, in 1997, werd AAC ontwikkeld. Met gelijke instellingen klinkt AAC iets beter dan MP3. Ondanks het wat mindere resultaat is MP3 veel bekender geworden. AAC en MP3 zijn door de gebruikte datareductie af te raden voor professioneel gebruik.
Waarom bestaan er eigenlijk zoveel verschillende standaarden? Dat lees je in dit blog.
Dus welk audioformaat moet ik nu kiezen?
Dat hangt helemaal af van wat je wilt gaan doen met de audio. Wil je zoveel mogelijk muziek op je iPhone zetten? Kies dan voor MP3, omdat dat weinig ruimte inneemt. Neem je audio op voor een videoproductie? Dan zou ik kiezen voor 24 bit/48 kHz, WAV of AIFF.
…en voor YouTube?
Om dan nog even terug te komen op YouTube. Youtube wil video’s (en daarmee dus ook de audio) zo makkelijk mogelijk door de internetkabel pompen. Dus ook daar wordt datareductie toegepast. Heeft het dan nog wel zin om bestanden in de hoogste kwaliteit op te slaan en rekening te houden met zaken als 16 of 24 bit audio en 44.1 of 48 khz?
Dat heeft het zeker. Als je een video exporteert met een lage kwaliteit audio als bron (MP3 dus) en uploadt op YouTube, zal de audio slechter klinken dan wanneer je met hoge kwaliteit werkt. YouTube comprimeert de audio namelijk zelf ook. In zo’n geval gaat er dan twee keer de kaasschaaf over jouw audio heen (eerst die MP3 van jou en daarna die van YouTube). Er verdwijnt daardoor meer informatie, wat hoorbaar kwaliteitsverlies kan opleveren. Zorg er dus voor dat het bronbestand van een zo hoog mogelijke kwaliteit is en jouw project niet twee keer gecomprimeerd wordt.
Heb je vragen of opmerkingen over audio? Je mag me altijd mailen, dan kom ik er snel bij je op terug. Gijs [apenstaart] voicebooking [dot] com.
Gijs Friesen is Chief of Sound bij Voicebooking.com en verantwoordelijk voor onze nieuwe unit Online Audionabewerking. In dit interview lees je hier meer over.
Leer wat je nodig hebt in elke fase van het proces van in-house mediaproducties! Download onze whitepaper hier!